Nieuws - PVDA West-Vlaanderen

Toespraak Natalie Eggermont op de Arizona-avond 17 januari 2025

Geschreven door Natalie Eggermont | 21 januari 2025

We leven in een wereld die verandert, een wereld die kantelt, zoals Peter Mertens zegt in zijn boek Muiterij. De wereld staat op een punt van schokken en verandering.

 

Van landen in het zuiden die zich organiseren, tot de verkiezing van Trump in de VS. Van de val van de regering in Frankrijk, tot de economische en politieke crisis in Duitsland.

 

Deze schokken en verandering kunnen verschillende richtingen uitgaan. Welke richting het zal zijn, hangt af van de kracht van de sociale beweging. Wij kunnen en moeten op onszelf vertrouwen om die wereld naar de goeie kant te doen kantelen.

 

Neem nu die Arizona-regering. Na zeven maanden is die er nog altijd niet. Bart De Wever en Georges-Louis Bouchez en co zijn er nog altijd niet in geslaagd om hun “historische kans” waarvan sprake na de verkiezingen te benutten.

 

Zeven maanden al, dat er geen eenheid wordt gevonden om hun maatregelen door te voeren. En dat is niet omdat ze alleen maar ambras aan het maken zijn (al is dat zeker ook een stukje van de waarheid). Dat is omdat ze niet durven. Ze durven niet omdat ze schrik hebben van de reactie op hun ideeën.

 

Dat ze er niet uit raken vandaag, dat is de verdienste van de vakbonden, het middenveld, de jongeren, de vrouwenbeweging, de internationale solidariteitsbeweging, de vredesbeweging en noem maar op. Het is een overwinning van de sociale krachten in ons land die al in actie schoten nog voor de regering gevormd is, om hun stempel te drukken.

 

En terecht. Want de regering die in de maak is, is geen gewone. De aanvallen die op de werkende klasse, de jeugd, de gehele bevolking afkomen, zijn niet te onderschatten en vormen bovendien een groter en coherent geheel. De Wever en Bouchez willen een shockstrategie opleggen. Crisismomenten gebruiken om hun eigen programma op te leggen. De Canadese journaliste Naomi Klein schreef daar een boek over, over die strategie van rechts om crisissen aan te grijpen om hun ideeën en maatschappijmodel door te voeren.

 

De crisis van het begrotingstekort

Een eerste crisis die ze gebruiken is de crisis van het begrotingstekort. “Er is geen geld meer.” Dus besparen is “onvermijdbaar”. Bart De Wever zei net nog in de pers: “We kunnen gewoon geen cadeaus meer uitdelen, integendeel, we gaan er moeten afpakken. Verworvenheden zullen worden teruggeschroefd, evidenties op de helling gezet. Er zal langer moeten worden gewerkt, er zal een flexibeler arbeidsrecht moeten komen, pensioenrechten zullen moeilijker opgebouwd worden dan vroeger.” En hij voegde eraan toe: “Sorry, maar het kan niet anders.”

 

Maar het probleem zijn niet de uitgaven, maar de inkomsten. Dat “onhoudbare” begrotingstekort is niet te wijten aan een “spilzucht” aan lonen, pensioenen, uitkeringen of openbare diensten, maar aan een gebrek aan inkomsten: te weinig belasting voor de superrijken, fiscale cadeaus voor grote bedrijven en aan de verlagingen van sociale bijdragen.

 

Dat laatste is super belangrijk. Want vandaag zeggen De Wever en Bouchez dat onze pensioenen onbetaalbaar zijn, maar het is de MR–N-VA-regering van Charles Michel die een paar jaar geleden diezelfde sociale zekerheid heeft uitgehold met haar fameuze taxshift. Negen miljard euro is er weggehaald aan sociale bijdragen. Negen miljard die als cadeau met een mooie strik rond aan de grote bedrijven is gegeven, zonder dat daar iets voor in de plaats kwam. Draai die taxshift gewoon terug.

 

En als het gaat om inkomsten, moeten we het ook hebben over onze miljonairstaks. Het kunnen niet altijd dezelfden zijn die voor de crisis betalen. De Arizona-partijen stellen nu voor om 2/3 bij de werkende mensen te gaan halen en 1/3 bij de rest. En van die 1/3 zou er misschien, als het eventueel kan, 1/3 bij de grote vermogens gehaald worden. Dat wil dus zeggen 1/9 voor de superrijken, 8/9 voor de bevolking. Dan is een vermogensbelasting gewoon een symboolmaatregel. Dat aanvaarden, is eigenlijk zeggen “Als de superrijken een beetje bijdragen, dan mogen de lonen geblokkeerd worden. Dan mogen de pensioenen omlaag”.

 

Daar zit een probleem. Dat De Wever of Bouchez het niet zien zitten dat hun vriendjes meer moeten betalen, dat snap ik nog. Maar dat Conner Rousseau en Vooruit een belasting op de superrijken als een symboolmaatregel aanvaarden om de werkende klasse besparingen te doen slikken, vind ik onbegrijpelijk. Een miljonairstaks is géén symboolpolitiek. Het is een volwaardig fiscaal en budgettair alternatief om onze lonen, onze sociale zekerheid, onze openbare diensten en onze gezondheid te garanderen.

 

De crisis in de industrie en economie

De tweede crisis die ze aanhalen, is de crisis van onze industrie, van de economie. Je hoort elke dag berichten van moeilijkheden. Deze week was er bijzondere ondernemingsraad in Daikin waar de werknemers te horen kregen dat er nog meer tijdelijke werkloosheid bij komt. Deze crisis zal verergeren door de komst van Trump, die Europa wil meesleuren in een handelsoorlog tegen China.

 

Volgens De Wever, Bouchez en co is het probleem de loonkost. De schuld van de arbeiders die te veel kosten natuurlijk. Oplossingen? Onze “concurrentiekracht herstellen” door de lonen te blokkeren en onze index aan te vallen. Door onze arbeidsrechten te verminderen: overuren zonder extra loon, nachtwerk zonder speciale compensatie, afschaffing van de 8-urige werkdag en de 38-urige werkweek. Door het sociaal overleg en collectieve akkoorden moeilijker te maken.

 

Maar het probleem zijn niet de lonen of arbeidsrechten.

Eerste probleem van onze industrie zijn de energiekosten. Die liggen veel te hoog. En waarom? 

  • Omdat die energie in handen is van een handvol grote private spelers, zonder publieke controle. Die woekerwinsten maken op afgeschreven kerncentrales.

  • Maar ook omdat we vandaag in Europa afhankelijk zijn van schaliegas uit de VS en daar vier à vijf keer meer voor betalen dan ze in de VS zelf betalen. Onze zogenaamde bondgenoten plunderen op die manier onze economie leeg. We moeten stoppen met zomaar de VS te volgen, ook voor onze energiebevoorrading.

 

Een tweede probleem van onze industrie is het gebrek aan investeringen in technologie. We zijn in Europa vandaag alleen maar een achterstand aan het uitbouwen op het gebied van technologische ontwikkeling. De winsten die de afgelopen jaren zijn gemaakt verdwijnen in de zakken van de aandeelhouders, in plaats van te investeren in de toekomst van onze industrie. In 2023 was er opnieuw een recordbedrag aan dividenden, maar liefst 91 miljard. Die kapitaalvlucht naar de aandeelhouders moet stoppen en we moeten eisen dat er investeringen komen om onze industrie klaar te maken voor de toekomst.

 

Een derde probleem is dat de enige industriële visie die Europa vandaag uitbouwt, er eentje is van het geven van subsidies aan multinationals zonder daar veel terug voor te vragen en zonder visie op lange termijn.

 

Wij moeten het roer omgooien en zélf, publiek investeren in groene energie, in technologische ontwikkeling, in logistieke maatregelen. Daarvoor komen de Europese vakbonden 5 februari op straat in Brussel: voor investeringen in een sociale, eerlijke en groene toekomst. Voor een veerkrachtig en duurzaam Europa met hoogwaardige industriejobs voor iedereen.

 

De oorlog in Oekraïne

De oorlog is de derde crisis die De Wever, Bouchez en co gebruiken voor hun strategie. Ze doen ons geloven dat er veel meer investeringen moeten komen in het leger en in oorlog. Ze doen ons geloven dat dat nodig is om “de vrede te beschermen” om “het vaderland te verdedigen.” Of zoals Francken onlangs nog zei in Humo: “Meer hard power, want er gaat al heel veel geld naar soft power zoals de sociale zekerheid.”

 

En dus stellen ze daar ook weer maatregelen voor:

  • Een verdubbeling van het militaire budget.

  • Het volledig volgen van de oorlogsgerichte politiek van de NAVO.

  • Een sterkere steun voor de genocidaire politiek van Israël tegen het Palestijnse volk.

 

Oorlog gaat altijd over geld, over olie, over grondstoffen, over rijkdom. Dat heeft niets met mensenrechten of waarden en normen te maken. En hoe meer wapens er geproduceerd worden, hoe meer oorlog. Want wapens dienen om gebruikt te worden en dus oorlog te voeren. Vrede wordt niet opgebouwd door een permanente militaire escalatie.

 

De wereld is aan het kantelen en de EU staat voor een keuze. Na decennia van alleenheerschappij van de VS op economische, monetaire en militaire vlak, zijn er andere landen die sterker worden: India, Brazilië, China die zeggen dat het gedaan moet zijn met die wereld. Die BRICS-landen produceren ondertussen meer rijkdom dan de G7. De vraag is welke plaats Europa daarin gaat innemen. Blijven we blind de VS en de NAVO volgen? Of gaan we de hand reiken aan die zuiderse landen voor een multipolaire wereld en voor samenwerking?

 

Dat is de vraag op vlak van vrede en oorlog. In de zuiderse landen zie je steeds meer de aanklacht tegen de hypocrisie van het Westen. Er kwam sanctiepakket na sanctiepakket tegen Rusland. En terwijl we elke dag, 465 dagen lang, live op onze televisie en via onze smartphone de genocide in Gaza konden volgen, is er nog altijd geen enkele sanctie, geen enkele harde veroordeling van Netanyahu en Israël. De inmenging van Trump, net voor zijn intrede in het witte huis, toont ook klaar en duidelijk dat de VS altijd al de macht had om de genocide te stoppen, maar ervoor koos dat niet te doen. Die hypocrisie van het Westen, die ziet de meerderheid van de mensheid glashelder. Het is gewoon een eindig verhaal.

 

We moeten meer actief zijn rond die thema’s. Strijden voor vrede. Want als werkende klasse in Europa hebben we niets te winnen bij meer oorlogsgeweld. Vrede door diplomatie, dat is de weg die we moeten bewandelen.

 

 

Het autoritarisme van de Arizona-regering: “Wie niet met ons is, is tegen iedereen”

De Wever en Bouchez willen ons doen geloven dat we geen keuze hebben. “Sorry maar het kan niet anders”, zei De Wever. Ze proberen een klimaat te creëren waarin elke vorm van tegenmacht een gevaar zou vormen.

 

Heb je een andere visie op het herlanceren van de industrie? Dan jaag je de industrie weg en wordt het een economisch kerkhof.

 

Wil je het begrotingstekort aanpakken zonder de bevolking te laten betalen? Dan breng je het land naar het faillissement.

 

Ben je tegen het sturen van wapens naar Oekraïne? Dan ben je pro-Poetin.

 

En ze gebruiken niet alleen zo’n framing, maar ze hebben ook maatregelen klaar om elke vorm van tegenwind onder de knoet te houden:

  • Ze willen rechtspersoonlijkheid voor de vakbonden.

  • De anti-betogingswet ligt opnieuw op tafel

  • En Georges-Louis Bouchez stelt zelfs voor om gemeenten met een bestuur van PS en PVDA onder toezicht te plaatsen op het vlak van begrotings- en veiligheidsbeleid.

 

We weigeren deze shockstrategie, deze brutaliteit en dit autoritarisme. We hebben behoefte aan nuance, openheid, en het recht om in verzet te komen. We moeten kiezen voor solidariteit en democratie, in plaats van angst en onderdrukking.

 

Wij gaan dus niet alleen de strijd moeten aangaan met de sociaal-economische aanvallen die op ons afkomen, maar we gaan ook moeten vechten voor het recht om tegen al die ideeën in te gaan, het recht om ons te organiseren, om een tegenmacht op te bouwen.

 

De strategie van verdeel-en-heers

De Wever, Bouchez en co verdelen de samenleving in twee groepen. Er zijn aan de ene kant de ‘profiteurs’ - de bevoorrechte ambtenaren, de profiterende werklozen, de langdurig zieken, de te vroeg gepensioneerden, de criminele vluchtelingen, de oerconservatieve moslims… En aan de andere kant zou er dan de hardwerkende Belg zijn. Die het slachtoffer is van die profiterende, bevoorrechte en maatschappij-ontwrichtende eerste groep.

 

Dat verhaal heeft een dubbel doel:

  1. Ons verdelen om ons te verzwakken. Ze proberen te verhinderen wat onze grootste kracht is: de eenheid van de werkende klasse. Als we verdeeld zijn, voelen we ons klein en geïsoleerd. Ze willen dat we ons zwak en machteloos voelen.

  2. De echte profiteurs onzichtbaar maken. Terwijl wij ons laten verdelen, blijven de rijken, de grote aandeelhouders en de miljardairs profiteren van ons werk zonder daarop aangesproken te worden.

Laat ons hoop en moed vinden in hoe De Wever, Bouchez en co vandaag al uit mekaar gespeeld worden; veel meer dan dat zij het omgekeerde met ons kunnen doen. Laat ons naar boven kijken, in plaats van naar elkaar.

 

Laat ons vertrekken van wat ons verbindt als arbeider en werkzoekende, als gepensioneerde en jongere, als bediende en ambtenaar, als Vlaming en Waal, als hier geboren en getogen en inwijkeling, als atheïst en moslim… Want de kracht die van onze eenheid kan uitgaan, dat is waar zij het meeste bang voor zijn.

 

Er bestaat een ander pad

Beste vrienden, op dit moment staan die rechtse partijen veel minder sterk dan ze denken. We waren maandag met meer dan 30.000 mensen om straat. Ongelooflijk toch. Nog nooit heeft een regering, zelfs nog voor ze gevormd is, zoveel verzet gekend. En dit is nog maar het begin.

 

Want er bestaat een ander pad.

 

Een sociaal pad, waar respect voor werkenden belangrijker is dan de winst van een elite.

 

Een democratisch pad, waar naar de volksprotesten wordt geluisterd in plaats van ze te onderdrukken.

 

Een vreedzaam pad, waar diplomatie en samenwerking de plaats innemen van wapenwedlopen en militaire escalatie.

 

Dat is het pad dat wij willen inslaan, samen met iedereen die gelooft dat de economie en de samenleving in dienst moeten staan van de mensen, en niet andersom.

 

Met hun verdeel-en-heersstrategie willen ze ons klein, geïsoleerd en zwak laten voelen tegenover hun macht. Maar wij zijn niet klein, wij zijn niet zwak, en wij zijn zeker niet machteloos. Integendeel, als we ons verenigen, kan niets ons tegenhouden. Laat ons daarom massaal ingaan op de oproep van de vakbonden om op 13 februari in Brussel te betogen. We moeten met tienduizenden van alle achtergronden op straat komen.

 

Onze kracht ligt in ons aantal. En in het feit dat we ons organiseren. Een vinger kan je breken, een vuist niet. Dus dit is ook een oproep aan jullie allemaal: engageer je, kom in beweging. Deze avond toont de vele organisaties die de handen in elkaar slaan, sluit je aan en versterk de vakbond, vrede vzw, SOS Palestina, of PVDA.

 

We zijn sterker dan we denken. En zij zijn zwakker dan ze lijken. Het is geen toeval dat er zoveel aarzeling en geruzie is rond de onderhandelingstafel. Ze hebben schrik van de sociale beweging die aan het opstaan is. Ze voelen de hete adem van het verzet. En dat geeft hoop.

 

We moeten fier zijn, fier dat we deel uitmaken van de ideeën, beweging en klasse van de toekomst. En we moeten weer durven dromen, dromen van een andere maatschappij. En hoe meer we samen durven dromen, hoe meer we vertrekken van hoe groot, sterk en machtig wij zijn, hoe meer we zullen zien dat die droom eigenlijk heel realistisch is. En dat we kunnen, en zullen, winnen.

 

Samen zijn we sterk! Dank u wel.

 

 

Natalie Eggermont

Voorzitter PVDA West-Vlaanderen

Volksvertegenwoordiger